Ik vind het altijd zo mooi als je ziet hoe trots ouders kunnen zijn als het gaat om hun kinderen. Hoe ze de baby vasthouden met een glimlach van oor tot oor. Hoe ze stralen en heel de dag door op wolkjes lopen.
Vandaag was er een doopdienst. En altijd wordt er hetzelfde liedje gezongen:
Weet je, dat de Vader je kent?
Weet je, dat je van waarde bent?
Weet je, dat je een parel bent?
Een parel in Gods hand,
ja, een parel in Gods hand.
Een liedje dat bij mij in mijn hoofd gestampt zit. Elke keer mocht ik het weer zingen voorin de kerk als er een kindje gedoopt werd. Vroeger snapte ik de songtekst niet echt zo. Maar nu pas heb ik eindelijk door wat het inhoudt. Een parel is een mooie steen. God houdt je in zijn handen. Ons allemaal. Een hele hoop parels dus. God zou eigenlijk één grote parelketting van ons kunnen maken. En dat doet Hij ook. Wij allen geloven dat wij parels zijn in Zijn handen. Eén groot geheel. Wij samen mogen in Zijn handen zijn. Maar dan moeten we dat wel willen. Sommige parels vallen er tussenuit. Ze vallen op de grond en stuiteren ver weg van Gods hand. Daar gaat een parel van de ketting. De ketting word kleiner. Maar toch komen er altijd weer nieuwe kleine pareltjes bij. God wil iedereen dragen. Ouderen, volwassenen, jongeren, tieners, kinderen, baby’s. Wij zijn een parel in Gods hand. Wij maken deel uit van het grote geheel.