Ester 1:1-20

1 Het was in de tijd van Ahasveros, de Ahasveros die regeerde over een rijk dat zich uitstrekte van India tot Nubië en dat honderdzevenentwintig provincies telde. 2-3 In het derde jaar van zijn regering, toen hij in de burcht van Susa zetelde, richtte deze koning Ahasveros een feestmaal aan voor al zijn rijksgroten en hoge functionarissen; alle bevelhebbers van het leger van Perzië en Medië, de adel en de hoofden van de provincies waren aanwezig. 3 [2–3] 4 Vele dagen spreidde hij de rijkdom en luister van zijn koningschap tentoon en de pracht en praal van zijn majesteit – honderdtachtig dagen lang.
5 Toen deze dagen voorbij waren, richtte de koning een feestmaal aan voor alle bewoners van de burcht van Susa, van hoog tot laag. Dit duurde zeven dagen, en het werd gehouden in de binnenhof van de tuin van het koninklijk paleis. 6 Draperieën van fijn linnen, wit en blauwpurper van kleur, waren aan albasten zuilen bevestigd met roodpurperen koorden van byssus en zilveren ringen; op een mozaïekvloer van porfier, albast, parelmoer en gekleurde stenen stonden rustbanken van goud en zilver. 7 Er werd wijn geschonken in gouden bekers, de ene nog fraaier dan de andere, en er was koninklijke wijn in overvloed, zoals men dat bij een koning mag verwachten. 8 En bij het drinken gold de regel: geen beperkingen; de koning had alle hofmeesters opgedragen aan ieders wensen tegemoet te komen. 9 Ook Wasti, de koningin, richtte een feestmaal aan, voor de vrouwen in het paleis van koning Ahasveros.
10 Op de zevende dag, toen de koning door de wijn in een vrolijke stemming was, beval hij Mehuman, Bizzeta, Charbona, Bigta, Abagta, Zetar en Karkas – de zeven eunuchen die zijn persoonlijke dienaren waren – 11 om koningin Wasti, getooid met de koninklijke hoofdband, bij hem te brengen; hij wilde de rijksgroten van de volken haar schoonheid laten zien, want zij was mooi. 12 Maar toen haar het bevel van de koning door de eunuchen werd overgebracht, weigerde koningin Wasti te komen. Dit ergerde de koning zeer en hij ontstak in woede.
13 Hij wendde zich tot de wijzen, die kennis bezaten van het verleden. De koning was namelijk gewoon zijn zaken voor te leggen aan al zijn wet- en rechtsgeleerden. 14 Zijn meest vertrouwde raadsheren waren Karsena, Setar, Admata, Tarsis, Meres, Marsena en Memuchan, de zeven rijksgroten van Perzië en Medië; zij hadden vrij toegang tot de koning en bekleedden de hoogste posten in het rijk. 15 ‘Wat zegt de wet?’ vroeg de koning. ‘Wat moet er gebeuren met koningin Wasti, nu ze geen gehoor heeft gegeven aan het koninklijk bevel dat haar door de eunuchen is overgebracht?’ 16 Daarop verklaarde Memuchan ten overstaan van de koning en de rijksgroten: ‘Niet alleen tegenover de koning heeft koningin Wasti zich misdragen, maar ook tegenover alle rijksgroten en alle volken in de provincies van koning Ahasveros. 17 Immers, wat de koningin heeft gedaan, zal alle vrouwen ter ore komen en hen ertoe aanzetten hun echtgenoten te minachten. Ze zullen zeggen: “Koning Ahasveros gaf bevel om koningin Wasti bij hem te brengen, maar ze kwam niet.” 18 Nog vandaag zullen de vrouwen van alle rijksgroten van Perzië en Medië, zodra ze hebben gehoord wat de koningin heeft gedaan, zich hierop beroepen tegenover hun echtgenoten, en dat zal leiden tot veel minachting en ergernis. 19 Als het de koning goeddunkt, laat hij dan een koninklijk besluit uitvaardigen dat schriftelijk in de wetten van Perzië en Medië wordt vastgelegd, zodat het niet kan worden herroepen. Hierin moet bepaald worden dat Wasti koning Ahasveros niet meer onder ogen mag komen en dat de koning haar koninklijke waardigheid aan een ander zal geven, die beter is dan zij. 20 Als in het hele rijk – en dat is groot! – bekend wordt dat de koning een dergelijke verordening heeft uitgevaardigd, dan zullen alle vrouwen, van de hoogste tot de laagste, hun echtgenoten met respect bejegenen.’
In het rijk van Ahasveros moest alles gedaan worden zoals hij het wilde. Alles liep op rolletjes totdat Wasti niet deed wat hij van haar gevraagd had. Hij werd woedend. Vrouwen moeten de mannen maar gehoorzamen! Tjsa, zo ging dat in die tijd. Tegenwoordig is dat in Nederland wel anders. Maar er zijn op deze wereld nog steeds culturen die niet echt veranderd zijn.

“Wasti moest gestraft worden.” Heel raar, dat zinnetje. Want koning Ahasveros had nog wel over haar op zitten scheppen. “Ze is prachtig, mijn alles, mijn lievelingsvrouw.” Maar nu, nu wordt ze gestraft.

Ik ken ook een koning. Het is meer een koning van deze tijd. Hij is wijs, eerlijk, rechtvaardig en liefdevol. Hij kijkt naar iedereen, omdat hij iedereen belangrijk vindt. De armen, de rijken, de zieken, de gezonden. Hij kijkt naar iedereen om, en wil voor iedereen zorgen. Elk jaar in april viert hij een groot feest. Iedereen mag komen. Iedereen is uitgenodigd. Maar wat heeft hij dan te vieren? Is hij dan jarig? Heeft hij een jubileum? Nee, deze koning geeft een feest omdat hij wil laten zien dat iedereen een kans heeft op vergeving. Koning Jezus wordt niet boos als iemand hem niet gehoorzaamt. Hij probeert je juist met woorden terug op zijn weg te krijgen. Hij straft niet, zoals Ahasveros deed. Hij gunt ons een kans op vergeving. Want hij stierf aan het kruis. Offerde zichzelf op, omdat wij niet naar hem wilden luisteren. Hij gaf ons al zijn liefde. Hij gaf zichzelf, voor ons. En nu mogen wij onszelf aan hem geven. Wij mogen nu bij hem horen. Bij zijn grote rijk. Wij mogen feest vieren in april. Dat hij weer is opgestaan.