Ik heb m’n laptop voor me in de les en noteer het huiswerk als één van m’n vrienden tegen me zegt: “Wat ziet jouw agenda er netjes en georganiseerd uit!” Ik haal m’n schouders op terwijl ik verder typ. “Gewoon Google Agenda”, antwoord ik. “En voor ieder vak een apart kleurtje gebruiken, die ik dan weer match met de koppen van mijn aantekeningen die ik maak in Microsoft Word.” Een reactie in de trant van “Hoe houd je het vol om zo geordend te zijn?” volgt, waarna ik mijn agendapunt opsla en mijn laptopje dichtklap. Ze moesten eens weten… 

Het plannen en organiseren zit een beetje in m’n bloed -mijn moeder is de planner in huis-, maar is ook deels aangeleerd. Op de basisschool waar ik heen ging, werd het er een beetje ingestampt. Van jongs af aan maak ik al lijstjes voor van alles en nog wat. Wanneer ik ergens ging logeren: lijstje. Wanneer er een toetsweek in zicht was: planning/lijstje met welke vakken ik het eerst zou beginnen.

Ik heb een hekel aan te laat komen of aan mensen die niet van tevoren iets inplannen. Voordat ik ergens heen ga, moet ik eerst hebben uitgedacht wat ik moet meenemen en wat ik daar allemaal ga doen. Ik ben hier in de loop der jaren iets soepeler in geworden, maar reken er maar op dat ik minstens twintig minuten van te voren bij een afspraak ben. Je weet tenslotte nooit van te voren of je vertraging op loopt.

En zo heb ik elke dag lijstjes en planningen die ik afloop, omdat ik anders dingen vergeet.
Er zijn alleen genoeg punten die mijn lijstjes niet halen en die wel belangrijk zijn. Bijvoorbeeld hoe ik soms vergeet om voldoende te drinken. Of hoe ik eigenlijk meer zou moeten sporten. Hoe ik mijn huid wel iets beter kan verzorgen. Of hobby’s die ik nog graag wil beoefenen. Dit zijn dan weer dingen waar ik geen tijd voor neem.

Misschien besteed ik wel te veel tijd aan het maken van lijstjes.

Het is een gedachte waar ik me steeds vaker mee bezig houd. Maar de volgende vraag die ik mezelf dan stel is: Kan ik die structuur eigenlijk wel missen?
Het maken van lijstjes is eigenlijk een beetje mijn dingetje geworden. Ik maak nou eenmaal de kleur van mijn aantekeningen dezelfde kleur als mijn agendapunten, en noteer vrijwel alles.
Ik denk dat als ik zonder zou moeten doen, dat ik dan niks meer zou ondernemen. Het is ook niet slecht om te plannen en organiseren.

Ik denk dat ik op deze manier mijn leven een beetje op de rit houd.