Hoofdstuk 4.
Lezen: Marcus 10:17-31

Ik lees sinds kort boeken. Nu zal je wel denken: “Oké, Renee. Dat toen toch wel meer mensen?” Maar aangezien ik nooit een boekenwurm ben geweest, is dit best uniek.
Tot nu toe lees ik voornamelijk non-fictie boeken met thema’s als psychologie, mentale gezondheid en religie. Het boek dat ik momenteel aan het lezen ben, Jezus huilde, behoort tot de laatste categorie.
Ik heb dit bijbelstudieboek vorige week voor mijn verjaardag gekregen en ben nu al bij hoofdstuk 4. Dit klinkt misschien minder ver dan dat het is, maar het is de bedoeling dat je ook vragen beantwoordt bij ieder hoofdstuk en een gedeelte uit de Bijbel leest.

Hoe dan ook… Vandaag, op deze Black Friday las ik toevallig -al denk ik niet dat het toevallig was- het gedeelte uit Marcus 10, vers 17 t/m 31.

Marcus 10:17-31

Ik denk dat veel mensen het verhaal wel kennen. Een jonge rijke man komt naar Jezus toe om te vragen wat hij moet doen om in God’s koninkrijk te komen. Jezus beantwoordt de jongenman met een opsomming van de tien geboden, maar krijgt te horen dat de jongen zich al aan deze geboden houdt. “Eén ding ontbreekt u,” antwoordt Jezus, en hij draagt de man vervolgens op om naar huis te gaan, alles te verkopen wat hij heeft en de opbrengst op te geven aan de armen. Er is aan het gezicht van de jongeman af te lezen dat dit niet het antwoord was dat hij verwachtte. Teleurgesteld loopt hij weg, waarop Jezus tegen zijn leerlingen zegt: “Wat is het moeilijk voor rijken om het koninkrijk van God binnen te gaan. Het is gemakkelijker voor een kameel om door het oog van een naald te gaan.” De leerlingen schrikken van deze uitspraken en vragen zich af wie er dan nog gered kan worden, maar Jezus verzekert hen: “Bij mensen is dat onmogelijk, maar niet bij God, want bij God is alles mogelijk. Iedereen die broers of zussen, moeder, vader of kinderen, huis of akkers heeft achtergelaten voor Mij en het evangelie, zal het honderdvoudige ontvangen. Vele eersten zullen de laatsten zijn en vele laatsten de eersten.”

Bovenstaande tekst is slechts een samenvatting van het Bijbelgedeelte. Voor de volledige tekst raad ik altijd aan om de echte Bijbeltekst te lezen.

Black Friday

Dit is nogal een pittig Bijbelstuk om te lezen op Black Friday. De huidige maatschappij is erg ingesteld op handel, materialisme en kapitalisme. En als communicatieprofessional weet ik zelf maar al te goed hoe er op een dag als deze gebruik gemaakt wordt van marketingtruucjes om de consument over te halen zoveel mogelijk te kopen. Als je al die afgeprijsde spullen ziet online en bij de verschillende reclames op tv, is het voor velen van ons moeilijk om er niet in mee te gaan.

Dit terwijl Jezus ons juist in Matteüs waarschuwt voor de gevaren en de macht van geld.

Niemand kan twee heren dienen: hij zal de eerste haten en de tweede liefhebben, of hij zal juist toegewijd zijn aan de ene en de andere verachten. Jullie kunnen niet God dienen én de mammon.

Matteüs 6:24
Wat betekent mammon?

‘Mammon’ is in de Bijbel een aanduiding voor geld of rijkdom, wat voor mensen tot een afgod kan worden.
Mammon komt waarschijnlijk van het Aramese woord mammona (of van het Hebreeuwse mammōn)  dat ‘geld,’ ‘eigendom,’ ‘winst’ of ‘rijkdom’ betekent. Oorspronkelijk had het woord een neutrale betekenis, maar in latere Joodse bronnen krijgt het een steeds negatievere lading.
Bron: debijbel.nl

Dit kan Jezus natuurlijk wel makkelijk zeggen, maar ik denk dat we allemaal de teleurstelling van de jongeman kunnen begrijpen toen hij te horen kreeg dat hij zijn bezit moest verkopen. Dat kun je je ook in deze tijd niet voorstellen. Ondanks dat Nederland een rijk land is, zijn er ook hier genoeg mensen met geldzorgen.
Ik denk zelf dat de jongeman uit het verhaal in Marcus ook bang was hiervoor. Als hij zijn hele bezit zou verkopen en aan de armen zou geven. Zou hij dan zelf ook niet arm worden? Hij kan zijn stabiliteit en zekerheid wel vaarwel zeggen. Als wij ons inleven in zijn gevoel, denk ik dat we de jongeman best kunnen begrijpen.

Pijnlijke zelfreflectie

Het is soms goed dat we een tijdje stilstaan en nadenken over dit soort dingen. Hierdoor kunnen we ons beter verplaatsen in de verhalen uit de Bijbel. Maar ik moet zeggen: toen ik na het lezen van dit verhaal dacht aan al mijn spullen waar ik waarde aan hecht, werd ik net als de jongeman teleurgesteld. Niet alleen in de moeilijke taak die ieder van ons krijgt, maar ook in mezelf, dat ik onbewust veel waarde hecht aan alle spullen in mijn kamer.

Maar na het moment van zelfreflectie, gaf het boek Jezus huilde me de volgende opdracht:
Lees 1 Timoteüs 6:17-19. Welke les kun je uit dit gedeelte trekken?

Draag de rijken van deze wereld op niet hoogmoedig te zijn en hun hoop niet in zoiets onzekers als rijkdom te stellen, maar op God, die ons rijkelijk van alles voorziet om ervan te genieten. En draag hun op om goed te doen, rijk te zijn aan goede daden, vrijgevig, en bereid om te delen. Zo leggen ze een stevig fundament voor de toekomst, en winnen ze het ware leven.

1 Timoteüs 6:17-19

Op aarde wordt geld en rijkdom als iets gezien dat zekerheid en stabiliteit biedt, maar als we denken dat rijkdom zoveel macht heeft, schieten we God tekort. God is juist Degene die ons elke dag van onze behoeften voorziet. Op Hem mogen we vertrouwen, of we nu veel geld hebben of minder geld.

Ik verwijder nog even alle spullen uit mijn winkelmandje voordat ik de webshop sluit. Ik vind Black Friday niet meer nodig.

Stay tuned,

Renee