Ik ben dat meisje dat ’s ochtends bij de metro zit.
Ik ben dat meisje dat rond negenen al op haar bedje pit.
Ik ben dat meisje dat altijd aan de vezels moet.
Ik ben dat meisje dat soms niet weet wat ze doet.
Ik ben dat meisje dat altijd aardig wilt zijn.
Ik ben dat meisje dat mensen helpt met pijn.
Ik ben dat meisje dat niet lang voor de spiegel staat.
Ik ben dat meisje, ze is bijna nooit te laat.
Ik ben dat meisje dat al haar gevoelens schrijft.
Ik ben dat meisje dat steeds weer behulpzaam blijft.
Ik ben dat meisje dat gelooft in God.
Ik ben soms dat meisje gekwetst en kapot.
Ik ben dat meisje dat stilletjes bidt.
Ik ben dat meisje dat ergens mee zit.
Ik ben dat meisje dat soms hulp verdiend.
Ik ben dat meisje en ik ben je vriend.